2020-10-26 19:46:21 | Radicale vernieuwer van de dans

[ad_1]

„Een opfrissertje, dat voor sommigen een klap in het gezicht bleek te zijn. Want ook nu schopte Stuyf tegen alle huisjes die het balletpubliek heilig zijn, met enkele briljante, maar tergend langzaam uitgesponnen ideeën.”

Met deze woorden vatte danscrititus Luuk Utrecht ooit de reacties samen die het werk van choreograaf Koert Stuyf opriep. Die verdeeldheid was begrijpelijk: de ideeën over dans die Stuyf begin jaren zestig van de vorige eeuw naar Nederland bracht, verschilden radicaal van wat hier werd gemaakt, al helemaal van het klassieke ballet.

Dansfamilie

Stuyf, telg uit een gezin met belangstelling voor dans- en bewegingskunst (zus Marijke en broer Bart dansten ook, Bart werd later ook choreograaf), had die nieuwe dans opgepikt in New York, waar hij eind jaren vijftig verbleef. Hij volgde lessen aan onder andere de Juilliard School, de Martha Graham School of Modern Dance en de school van Merce Cunningham. Bovendien was hij getuige van de postmoderne vernieuwingen van choreograaf Cunningham en de pioniers van de Judson Church: beweging hoefde niet emotioneel of logisch te zijn, mocht alledaags zijn en kon ook gelijktijdig, maar los van muziek bestaan.

Eenmaal terug in Nederland begon hij vanaf 1963 met zijn Amerikaanse vrouw, danseres Ellen Edinoff (overleden in 2013), werken te maken die beide stromingen combineerden: de techniek van Graham, de concepten van Cunningham. De vormgeving, vaak van eigen hand, was opmerkelijk en wezenlijk onderdeel van multidisciplinaire theatrale ‘happenings’ – soms zelfs de hoofdzaak.


Lees ook de necrologie van Ellen Edinoff: Krachtig danseres met een magisch charisma

Berucht is bijvoorbeeld het ‘eierenballet’ Mutation (1969), dat voor een groot theaterschandaal zorgde. Het publiek kwam in opstand toen zij langdurig naar grote, geheimzinnig wiebelende witte bollen (met daarin de dansers) moesten kijken. Ook Visibility… by chance (1967, net als Mutation gemaakt voor Het Nationale Ballet) riep getergde reacties op, omdat Stuyf een grote spiegel op het toneel had geplaatst: het publiek mocht naar zichzelf kijken.

Het waren legendarische voorstellingen die Stuyf en Edinoff met hun Stichting Eigentijdse Dans (opgericht in 1964) presenteerden, vooral die in Theater Carré. Stuyf werkte veelvuldig samen met andere kunstenaars, onder wie architect Aldo van Eyck, componist Peter Schat (in de opera Labyrint), componist-pianist Reinbert de Leeuw, bioloog Dick Hillenius en de Japanse beeldend kunstenaar Shinkichi Tajiri.

Structurele subsidie

Het toenmalige ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk aarzelde lang met een structurele subsidie. Die kwam in 1969, maar al in 1974 volgde Stuyfs laatste grootschalige productie, waarna een tijd van conflicten rond subsidies volgde. Ook kwamen Stuyf en Edinoff in aanvaring met de Amsterdamse Theaterschool, waar Stuyf als studieleider van een nieuw op te zetten opleiding eigentijdse dans was. Zijn weerbarstige karakter bleek een struikelblok. Wel bleven hij en Edinoff nog tot 1976 verbonden als docenten. Onder de pupillen die later carrière zouden maken als choreograaf was de latere choreografe Krisztina de Châtel.

Nadien trok de eigenzinnige Stuyf zich, met Edinoff, terug en concentreerde zich op zijn eerste liefde, de abstracte beeldende kunst. Er werden nieuwe voorstellingen aangekondigd en weer afgelast, subsidies toegekend en weer teruggevorderd. Pas in 2012 was er weer een optreden. Op muziek van Philip Glass danste Edinoff de choreografie Intaglio van Stuyf. Een jaar later overleed Edinoff. Nadien volgde een (kort) huwelijk met de Amerikaanse danseres Sylvia Waters. Koert Stuyf overleed afgelopen donderdag in Amsterdam, thuis in zijn slaap.

[ad_2]

[sc name=”link-naar-bron” sourcelink=https://www.nrc.nl/nieuws/2020/10/26/radicale-vernieuwer-van-de-dans-a4017490]

[sc name=”bronvermelding”]

Leave a Reply