2021-05-25 08:35:00 | De verborgen talenten van Jan F. van Beelen

[ad_1]

Zandvoort Verschillende dingen liepen mis in het leven van kunstenaar Jan F. van Beelen. Maar na zijn dood vond Frits van Loenen Martinet, een vriend van Jan en voorzitter van de stichting HDMZ, tot zijn verrassing honderden kunstwerken in zijn huis. “Hij is als kunstenaar een onontdekte diamant,” zegt Van Loenen Martinet. “De kwaliteit van de kunstwerken is zo hoog, dat ik er van droom ze nog eens te mogen exposeren in het Guggenheim Museum in New York, een bekend museum voor moderne kunst.”

Jan wist al vroeg in zijn leven dat hij op mannen viel. Dat lag niet goed in het Zeeuwse gezin waar hij opgroeide. Zijn ouders vonden homoseksualiteit een gruwel. Ze zagen hem bijvoorbeeld allerlei poppen voor een poppenkast maken en hadden geen oog voor de creatieve geest van Jan. Hij moest een echte man zijn en ze praatten hem het leger in. Ondanks dat hij daar de rang van Kapitein bereikte, was hij niet echt gelukkig bij de krijgsmacht. Dat was een van zijn frustraties.

Maar er zouden nog meer frustraties volgen. Uiteindelijk nam hij ontslag bij het leger en wilde zijn kunstenaarschap verder ontwikkelen. Hij mocht van zijn ouders naar de Rietveld academie in Amsterdam, maar alleen als hij daar koos voor de opleiding tot architect. Dat was niet zijn de eerste keus. Als architect heeft hij dan ook nooit iets gebouwd. Maar in de vrije homescene in Amsterdam voelde hij zich voor het eerst gelukkig. Hij ontmoette daar zijn partner Hans Davids, een collectioneur die in de mode zat.

Dat viel natuurlijk niet goed bij zijn ouders. Ze verweten zijn partner dat hij Jan de homoscene introk. Toch wilde Jan niet helemaal de banden met zijn familie verbreken. Als hij zijn ouders in Zeeland ging bezoeken leidde dat vaak tot ruzie in zijn relatie. Maar zijn relatie met Davids kende ook andere hobbels. Hoewel Davids niet joods was, had hij door zijn naam, joods uiterlijk en affiniteit met de joodse zaak een rugzak vol bagage uit de oorlogsjaren meegenomen. De relatie zat dus vol spanningen en frustraties. Ondanks dat, hield de relatie met Davids stand, tot het overlijden van Davids.

Het was den wens van Jan iets na te laten aan het dorp Zandvoort. Hij wilde op het einde van zijn leven gezien worden, in zijn kunst en architectuur. Hij wilde een Huiskamermuseum bouwen zoals dat van Jopie Huisman in Friesland. Het Zwarte Veld was daarvoor al aangekocht. Hoewel Jan nu eindelijk eens iets van zichzelf wilde laten zien, kreeg hij ook nu geen kans om als architect zijn eigen museum te bouwen. Onwetend van zijn kunstwerken wilde de projectgroep een museum, dat kunst uit andere musea in bruikleen zou exposeren. Daardoor werd het ambitieniveau van de bouw steeds hoger, want het gebouw moest nu aan allerlei eisen van veiligheid en luchtvochtigheid voldoen. Ook de bouwmaterialen uit Jans architectentijd waren veranderd. Zo werd het langzaamaan Jans gebouw niet meer.

Na de dood van Jan ontdekte Van Loenen Martinet op de bovenverdieping, garage en schuurtje van Jan zijn huis de kunstwerken. Plaatsen waar hij ondanks zijn vriendschap met Jan nooit geweest was. Er kwam een onbekende schat aan Schilderijen, Etsen, Keramiek en Beelden tevoorschijn. “Ik was verrast door de hoge kwaliteit van de werken. Het was genoeg om voor jaren wisselende tentoonstellingen te maken. En met een latent schuldgevoel vind ik dat de creatieve geest van Jan uit het verborgene eindelijk tevoorschijn moet komen,” zegt Van Loenen Martinet.

De expositie Jan F. van Beelen de ‘Onontdekte Diamant’, is de moeite waard te willen zien en is binnenkort weer te zien in het HDMZ-museum in Zandvoort.

Wijnand Burger

[ad_2]

Klink hier om het artikel te lezen

[sc name=”bronvermelding”]